De muzikaliteit komt van oorsprong van de familie van mijn moeders kant. Een oom van mij speelde tuba en een andere oom speelde dwarsfluit. Mijn vader heeft vroeger altblokfluit gespeeld en zingt nu nog in een sjanti-koor en ook in een kerkkoor en dat met zijn 95 jaar. Tot zover mijn muzikale roots.
Toen ik een jaar of 13 was maakte ik kennis met de harmonie en kreeg al gauw een bariton in mijn handen gedrukt.
Met een groepje beginnelingen was het toen oefenen geblazen o.l.v. een oudgediende klarinettist.
Mijn interesse voor trombone werd al gauw gewekt omdat dat toch wel een cool instrument is.
Eerst schakelde ik over naar ventiel-trombone omdat dit een kleine overstap is.
Maar, het doel was toch wel overgaan naar schuiftrombone, maar daar zat een probleem.
De vereniging had er geen en kon er ook niet één aanschaffen.
Dus heb ik het aangedurfd om er zelf voor te sparen en kon ik uiteindelijk een splinternieuwe King kopen.
Nu was er nog een dingetje: fatsoenlijk les krijgen.
Ook dit hebben mijn ouders voor mij geregeld bij de Leidse muziekschool en ik ben ze daar nog steeds dankbaar voor.
Later volgde nog een aantal Big-Bands en kreeg ik verkering en daarna ook nog eens 4 kinderen.
Deze combinatie van muziek, werk en kinderen werd te veel en besloot ik te stoppen met muziek.
Nu, na zoveel jaar heb ik dankzij mijn jongste dochter het muzikale geluk weer teruggevonden
en zou ik het nooit meer willen missen.
Ik hoop echt dat ik nog lang en gezond mag blijven om te genieten van onze muziek.
Als trombone niet meer lukt dan zou ik graag nog wat na willen reutelen op de bas, want dat vind ik ook een mooi instrument.
Daarom geef ik nu de pen door aan onze bassist Arie Maaijen…